Georges-Louis Bouchez, de flamboyante voorzitter van de Franstalige liberalen, volgt sinds juli een taalcursus aan het SNT in het Brugse stadscentrum. Volgens leerkracht Dominique Denys heeft hij echter nog heel wat werk voor de boeg.
"Het probleem met Georges-Louis is dat hij meer bezig is met selfies en stoerdoennerij bij de lokale jeugd dan met de Nederlandse les", aldus Denys, "hierdoor pikt hij enkel de lokale jongerentaal op, maar blijft zijn algemeen Nederlands hopeloos onderontwikkeld."
Georges-Louis is niet de enige Franstalige die met een West-Vlaamse tongval Nederlands spreekt. Ook Koning Filip, die jarenlang school heeft gelopen aan de Abdijschool van Zevenkerken op Sint-Andries, spreekt met een zware Brugse tongval. Collega-koning Willem-Alexander van Nederland getuigt: "enkele jaren terug kwam hij op bezoek hier en stak hij af met 'yeet kèrel, wist nog meje joene?', dat was wel even schrikken."
Georges-Louis zelf ziet niet meteen een probleem, volgens hem maakt dat hem enkel maar populairder. "Ik mak goeie amis en Bruges", verweert Bouchez zich, "et als het je nie aanstaat, j'appelle mes matjes van de Pick, je got et rap geweten hebben."
Maar bij de andere partijvoorzitters klinkt intussen kritiek. Hij was al een ettertje, nu worden de voorzitters in het West-Vlaams uitgemaakt voor 'dikke muttens' of 'gatlekkers', getuigt een anonieme medewerker van Conner Rousseau (sp.a). "vous êtes tous des tôtetrekkers, miljaarde", schreeuwde hij de partijvoorzitters onlangs nog toe.