Brugs gemeenteraadslid en Europees Parlementslid Tom Vandendriessche (Vlaams Belang) springt op Facebook in de bres voor Clubsupporters Adi Dewulf en Heinrich Declerck, die in de media samen met een anonieme groep andere hooligans werden beschuldigd van racistisch geweld in Brussel afgelopen zondag.
Warme thuis
"Adi en Heinrich zijn geen racisten, die meppen gewoon op alles en iedereen," sust Vandendriessche. "Zelfs op het trouwfeest van nonkel Gerard was het ambras. Die gasten in Molenbeek mochten zelfs nog voor de Club zijn geweest — er was gewoon geen scenario waarin ze géén klappen zouden krijgen."
Vandendriessche roept op om het debat niet verder te laten ontsporen en terug te keren naar de essentie van het voetbal: "het politiseren van de degoutante onderbuik van de samenleving." Volgens hem kan men enkel vaststellen dat Club Brugge zich de laatste jaren te veel heeft gefocust op sportieve resultaten, en zich amper heeft ingespannen om fascistische tendensen in onze maatschappij een warme thuis te geven in het stadion. "Dat weegt ook op die gasten. Die denken op den duur dat hun homofobe en xenofobe gezangen niet worden geapprecieerd door de spelers."
"Dat weegt op die gasten"
Netwerken
Vandendriessche waarschuwt ook dat men niet alle Clubsupporters over dezelfde kam moet scheren: "Gewoon omdat Adi en Heinrich geen racisten zijn, betekent dat niet dat de rest van de supporters dat ook niet zijn. Er zit veel kiespotentieel voor mij tussen die simpele, dus ik moet oppassen wat ik zeg."
Tot slot keurt Vandendriessche de beslissing van Anderlecht-burgemeester Fabrice Cumps af om bij de volgende wedstrijd tussen Anderlecht en Club geen Clubsupporters toe te laten: "We zouden net méér uitsupporters moeten toelaten, en ze vooraf al vrij laten netwerken met de lokale buurtbewoners. Enkel zo zullen ze elkaar beter leren kennen. Dat is trouwens een ideetje van Adi en Heinrich — dus door en door goeie gasten. Als partij willen wij trouwens gerust wel de bar doen dan."